LLO-Katalysator gaat met vier bouwstenen voor systeemverandering

Vanuit het Nationaal Groeifonds richt de LLO-Katalysator zich op een (eco)systeemverandering in de wereld van leven lang leren en ontwikkelen. Veel onderzoeken laten al jaren zien dat het leerklimaat in Nederland onvoldoende is. Onderwijsinstellingen zijn onvoldoende uitgerust om activiteiten op het gebied van leven lang leren snel en op maat aan te bieden, de vraagarticulatie is lastig en omslachtig en de leercultuur is niet goed ontwikkeld.

De LLO-katalysator wil daar met de volgende vier bouwstenen verandering in brengen:
  1. In kaart brengen van skills van de toekomst;
  2. Stimuleren van llo-oplossingen voor transities;
  3. Professionaliseren van onderwijsaanbieders voor llo;
  4. Stimuleren van de leercultuur.

In bouwsteen 1 wordt een LLO-Radar ontwikkeld waarmee toekomstige skills in kaart worden gebracht. Met moderne technieken moeten deze skills uit verschillende onderzoeken komen en blijven destilleren. Zo weten llo-aanbieders hoe ze hun opleidingsaanbod toekomstig bestendig kunnen maken en houden en kunnen blijven inspelen op relevante (maatschappelijke) ontwikkelingen. In bouwsteen 2 wordt vooral ingezet op co-creatie: de quadrupel helix (overheid, onderwijs, bedrijfsleven, maar zeker ook burgers) moet samen gaan optrekken om na te gaan aan welke (toekomstige) skills de regio behoefte heeft en hoe het ontwikkelen daarvan aangeboden kan worden. Om dit op een kwalitatief goede manier te realiseren, is bouwsteen 3 opgezet. Leven lang ontwikkelen vraagt om een andere manier van denken en werken voor onderwijsinstellingen die zich vaak primair richten op initieel onderwijs (zoals mbo, hbo en wo). Het vraagt ook om een andere manier van waardering van het geleerde, bijvoorbeeld via zogeheten skills paspoorten en microcredentials, waarmee je kunt laten zien dat je bepaalde kennis of vaardigheden hebt opgedaan. In de bouwstenen zal de leercultuur uit bouwsteen 4 steeds een prominente plek krijgen. Ook gaan we onderzoeken hoe de leercultuur in Nederland kan verbeteren en wat er voor nodig is, en wie er voor nodig zijn, voor een kanteling van de leercultuur.

“Het traditionele onderwijssysteem van augustus tot juli en klasgewijze cohorten is niet geschikt voor de LLO-markt ”, aldus Rini Romme, projectleider van de LLO-Katalysator. “Nu wil je flexibeler onderwijs bieden.. moet je de mogelijkheid hebben bepaalde onderdelen of kwalificaties te behalen en daarna weer iets anders gaan doen. Scholen moeten zich ervan bewust worden dat het anders moet. Meer maatwerk, meer afgestemd op wat iemand al kan en nog wil”

Romme hoopt dat hierdoor onder andere regionale learning communities en hubs ontstaan, waarin op bepaalde thema’s wordt samengewerkt. “We starten met bouwstenen 2 en 3, onder andere omdat bedrijven nú om mensen vragen. Scholen kunnen ( samen met andere partijen) een subsidieaanvraag doen om een bepaald idee uit te werken. Ook andere Groeifondsaanvragen die hierop aansluiten worden betrokken. Om samenhang te borgen tussen de activiteiten wordt nu een Landelijk Schakelpunt ingericht, dat in mei van dit jaar operationeel moet  zijn. Door de verschillende werkgroepen van de bouwstenen wordt aan dit LSP teruggekoppeld en dat weer landelijk uitgedragen.”

De eerste tranche voor aanvragers richt zich op de energie- en grondstoffentransitie, een actueel thema waarop actie nu onmiskenbaar nodig is. De regelingen voor subsidie aanvragen verschijnen in de zomer 2023. Daarna zullen ook andere thema’s aan bod komen. In de komende zes jaar moet de katalyserende werking gerealiseerd zijn en een flinke systeemverandering bewerkstelligd zijn.